Handenvrij bellen, navigeren en muziek beluisteren.

Eén druk op een toets op het stuurwiel en je Hyundai voert elke opdracht uit die je inspreekt: bel, navigeer of luister naar wie of wat je maar wilt.

  1. Schermopname van het Hyundai navigatiesysteem met geconnecteerde navigatie.

    Zeg je Hyundai waar je heen wilt.

    Navigeer naar een specifiek adres, zoek naar nuttige plaatsen (of categorieën) of selecteer een eerdere bestemming. Of zeg gewoon 'naar huis' of 'naar het kantoor' als dat is waar je naartoe gaat. Zeg het systeem wanneer het de navigatie moet starten, onderbreken of hervatten en vraag het hoe ver en hoelang je nog moet rijden.
  1. 1
  1. Vrouw zit op de bestuurdersstoel van haar geparkeerde Hyundai i 30 Fastback, kijkt in de spiegel op haar vizier.

    Bel naar om het even welke contactpersoon.

    Sluit je telefoon aan via Bluetooth, download je contactpersonen en bel om het even wie op de lijst door een naam in te spreken (of een locatie, zoals 'thuis' of 'op het werk'). Je kunt ook een nummer draaien door 'nummer bellen' te zeggen en de cijfers in te spreken.
  1. 1
  1. Een vrouw zit achter het stuur van haar Hyundai KONA en kijkt heel ontspannen.

    Luister naar de radio of naar muziek via USB of via Bluetooth.

    Zeg je auto voor welke bron van entertainment je kiest. Heb je een apparaat aangesloten via USB? Dan kun je nummers afspelen, pauzeren, herhalen of in willekeurige volgorde laten spelen.
  1. 1

Hoe schakel je de spraakherkenning in?

Je hoeft het maar te zeggen.

Er zijn 'algemene opdrachten' en 'lokale opdrachten'. Algemene opdrachten kun je meteen gebruiken nadat je op de toets op het stuurwiel hebt gedrukt. Lokale opdrachten kun je binnen een specifieke context gebruiken. Je kunt bijvoorbeeld meteen 'muziek' zeggen nadat je de spraakbediening hebt ingeschakeld, maar 'afspelen' werkt alleen na de opdracht 'muziek'.

Je smartphone moet aangesloten zijn via Bluetooth.

Om een contactpersoon te bellen, moet je contactenlijst eerst gesynchroniseerd worden (je kunt tot 5.000 contactpersonen downloaden).

Afhankelijk van de lengte van die lijst kan het een tijdje duren voor ze volledig beschikbaar is voor spraakherkenning.

Alle opdrachten voor je telefoon zijn algemene opdrachten en kunnen dus onmiddellijk worden gebruikt nadat je de spraakherkenning op het stuurwiel hebt geactiveerd.

Bel

De gedownloade contactpersonen worden weergegeven op het scherm. Noem de naam van een contactpersoon om die te bellen.

Bel [naam]

Je kunt iedere contactpersoon in de gedownloade lijst direct bellen. Zeg bijvoorbeeld: 'Bel Jan Peeters'

Bel mobiel - op het werk - thuis 

Als je voor een bepaalde contactpersoon meer dan één nummer hebt opgeslagen, kun je opgeven welk nummer je wilt bellen. Bijvoorbeeld:
'Bel Jan Peeters op het werk' of 'Bel An Maes thuis'

Bel nummer

Met deze opdracht open je het telefoonscherm en wacht het systeem tot je het nummer inspreekt dat je wilt bellen.

Bel [telefoonnummer]

Je kunt ook meteen het nummer inspreken dat je wilt bellen. Bijvoorbeeld: 'Bel één twee drie vier vijf zes zeven acht negen nul'

Wijzig Bluetooth-apparaat

Spreek deze opdracht in om verbinding te maken met een andere smartphone. Het scherm met de Bluetooth-koppelingen wordt geopend.

Voor een snellere werking beslaat de zoekopdracht alleen de provincie of regio waar je auto zich bevindt. Als je wilt zoeken naar locaties in een andere provincie of regio, noem je eerst de naam van die provincie of regio en dan het adres.

Zoek adres

Om te zoeken en te navigeren naar een adres, zeg je 'Gemeente < straatnaam> ' (in die volgorde, zonder het land), bv. 'Londen, Eresby Place, 32 (drie twee)'. Het resultaat wordt ingesteld als bestemming voor de navigatie.  

Vind nuttige plaats

Vind de dichtstbijzijnde nuttige plaatsen. Nadat je deze opdracht hebt ingesproken, volg je stap voor stap de instructies om een specifieke locatie te vinden.

Vind [categorie]

Deze functie vindt alle plaatsen die overeenstemmen met de categorie die je hebt genoemd en sorteert die op hun afstand tot je huidige locatie. In de webhandleiding voor navigatie vind je een lijst met alle beschikbare categorieën.

Kaart

Duidt je actuele positie aan op de navigatiekaart.

Eerdere bestemmingen

Geeft een lijst weer met recente bestemmingen waarheen je kunt terugkeren door het lijstnummer te noemen.

Verkeersinformatie

Opent het menuscherm voor verkeersinformatie.

Ga naar huis/naar het kantoor

Stelt je thuis- of werkadres in als bestemming. De adressen in kwestie moeten zijn ingesteld in het navigatiesysteem.

Stembegeleiding aan/uit

Schakelt het systeem voor gesproken richtingaanwijzingen in of uit.

Maximaal in-/uitzoomen

Zoomt zo sterk mogelijk in of uit op de navigatiekaart.

Onderbreek/hervat begeleiding

Onderbreekt of hervat de navigatie (alleen beschikbaar wanneer een bestemming is ingesteld).

Annuleer route

Sluit de navigatie en annuleert de ingestelde bestemming.

Resterende tijd en afstand

Vertelt je hoe ver en naar schatting hoelang je nog moet rijden naar je bestemming.

Routeopties

Stelt de route naar je bestemming opnieuw in. Je kunt kiezen voor 'snel' of 'kort'.

Routeoverzicht

Geeft een kaart van de hele route weer.

Klimaatregeling aan/uit

Schakelt de klimaatregeling in of uit. Na deze algemene opdracht kun je de onderstaande lokale opdrachten inspreken.

Opwarmen/afkoelen

Verhoogt of verlaagt de temperatuurinstelling.

Ventilator hoog/laag

Verhoogt of verlaagt de ventilatorsnelheid.

Richt ventilator/lucht op openingen instrumentenpaneel - voorruit - voetenruimte - voorruit en voetenruimte

Richt de ventilator of airconditioning in de richting die je kiest.

Open/sluit raam

Open of sluit het raam van de bestuurder, de voorpassagier of een achterpassagier. Of zeg <alle> om alle ramen te openen of te sluiten.

Open/sluit koffer

Open of sluit de koffer handenvrij.

Schakel stuurwielverwarming aan/uit

Schakel de stuurwielverwarming in of uit.

Schakel zetelverwarming aan/uit

Schakel de zetelverwarming in of uit. Je kunt ook specificeren: 'zetelverwarming bestuurder' of 'zetelverwarming achteraan'

Niveau zetelverwarming bestuurder/ventilatie <1-3>

Geef de instelling voor de verwarming of ventilatie op .

Ontdooiing achterruit/buitenspiegel aan/uit

Schakel de ontdooiing in of uit.

Radio

Zet de radio aan op de laatst geselecteerde zender.

DAB/FM

Schakelt over op DAB (indien aanwezig)/FM-radio.

AM

Schakelt over op AM-radio.

Muziek

Hervat het afspelen van het laatste actieve muziekbestand.

USB

Een bestand op de aangesloten USB-bron wordt afgespeeld of weergegeven.

Bluetooth audio

Speelt een geluidsbestand af vanaf het apparaat dat via Bluetooth aangesloten is.

USB-muziek

Speelt een geluidsbestand af vanaf het USB-apparaat dat vooraan aangesloten is.

Help

Opent het hulpscherm voor spraakherkenning. Alle beschikbare opdrachten worden weergegeven.

Ja/Nee

Wanneer de spraakherkenning geactiveerd is, wordt deze opdracht gebruikt om te antwoorden op vragen om bevestiging.

Regel 1~4 (een-vier)

Wanneer je geen specifieke naam kunt selecteren, bijvoorbeeld in de oproepgeschiedenis, kun je in plaats daarvan het regelnummer noemen.

Volgende/Vorige

Wanneer vijf of meer items worden opgegeven op het scherm, kun je naar de vorige of de volgende pagina gaan.

Manuele invoer

Opent de manuele invoer voor zoekacties als je niet wilt zoeken met spraakopdrachten. Wanneer deze opdracht wordt gebruikt, wordt de spraakherkenning uitgeschakeld.

Ga terug

Brengt je terug naar het vorige scherm.

Sluiten

Schakelt de spraakherkenning uit.

Ontdek alle connectiviteitsfuncties van Bluelink®.